zaterdag 23 december 2017

Tito.. met nieuwe fotoos

Vanmorgen, verrassing..de zon is nog niet helemaal op, maar dit is ons uitzicht, na eenzeer uitgebreid ontbijt  weer in de bus.. het is rustig, de ouwetjes zijn moe. We rijden een uurtje, en stappen in de boot..eerst nog even kijken in het dorpje 

Er wordt druk gevist, en geprobeerd te verkopen. Maar dat is niet nodig..er is door Bolderman voor  eten gezorgd..

Dan in het bootje... 

En ja hoor..voor het eerst van ons leven in een treintje .. dat zouden we doen als we oud waren..het is dus zover..en het  wordt nog leuker.

 De trein gaat over een prachtig eiland..naar... je raadt het niet..ern SAFARIPARK. Er lopen veel pauwen,ezels, een ouwe olifant en een eenzame leeuw.... allemaal kadootjes voor TITO, die hier een paleis had.   

En iedereen was bij deze dictator op bezoek... ook  Juliana,Met Bernhard en nog veel meer. Er zijn fotoos van, die zien we niet, want we ontvluchten de groep. Ook al die opgezette dieren missen we. Het mooie kerkje niet, bij het bootje wachten we op de rest  . En dan..morgen ochtend de rest.. want ook deze ouwtjes zijn moe! 

Meer dan een internet stukje van Pula komt er dus niet! De allereerste keer dat Pula, genoemd wordt is in de 5de eeuw voor Christus, de stad behoorde tot het volk Histria, de oudste bewoners van Istrië. Volgens de oude Grieken werd de stad gesticht door de Colchiërs, toen zij Jason vruchteloos achternazaten nadat hij het gulden vlies gestolen had. Zij noemden de stad Polai, wat zoiets betekent als "stad van de toevlucht". De stad kwam in Romeinse handen in 177 v.Chr. toen het gehele Istrische schiereiland veroverd werd. Meer dan een eeuw later, rond 45 v.Chr., kreeg de stad de rang van kolonie. Dit betekende een ongekende bevolkingsgroei en de stad telde op haar hoogtepunt meer dan 30.000 inwoners.


Tijdens de burgeroorlog van 42 v.Chr. die woedde tussen het Tweede triumviraat van Octavianus, Marcus Antonius en Lepidus en de moordenaars van Julius Caesar, Brutus en Cassius, koos Pula de kant van die laatste. Na de overwinning van Octavianus betaalde zij hiervoor de tol en de stad werd helemaal vernietigd. Later werd het terug herbouwd op aanvraag van Julia Caesaris maior, de dochter van Octavianus, en Pula droeg vanaf toen dan ook haar naam: Colonia Pietas Iulia Pola Pollentia Herculanea.


In de 1e eeuw n.Chr. werden in Pula veel grote gebouwen opgetrokken. Het Amfitheater van Pula is daar tot op de dag van vandaag nog een van de bewijzen van. Ook werd de stad voorzien van watervoorziening en kreeg ze een stadsomwalling met 10 poorten. Tijdens de heerschappij van Septimius Severus werd de naam van de stad veranderd in Res Publica Polensis. In de 4e eeuw diende Pula tweemaal als plaats voor een executie van een keizer: eerst voor Constantius Gallus in 326 en dan voor Flavius Iulius Crispus in 354.